Ik wil de ander niet kwetsen dus ik zeg het maar niet
Je vertelt je de ander jouw echte gevoelens dus niet en sluit daarmee de ander buiten. Het resultaat kan zijn dat de ander zich niet belangrijk genoeg voelt om iets mee te delen en zich daardoor terugtrekt of minder open en kwetsbaar opstelt. En hoe vaker dit gebeurt, hoe minder de ander zich openstelt. Als je het wel deelt, geef je de ander een kijkje in jouw binnenwereld en leer je elkaar steeds beter kennen.
Het is maar iets kleins dus ik zeg het niet want het is niet belangrijk genoeg
Als je wacht tot het groter wordt of er meer kleine dingen bijkomen, wordt het steeds moeilijker om het te zeggen, dus probeer het juist in de kiem te smoren en wacht niet tot het opstapelt. En als het kleine dingen betreffen, is de ander eerder bereid om rekening met jou te houden.
Het komt nu niet uit, ik wacht op een geschikt moment om het te zeggen
Je kunt je gevoelens het beste delen als de ander daar ruimte voor heeft. Dat betekent dat er tijd en aandacht voor moet zijn. Maar wachten op het juiste moment kan ook een vermijdende tactiek zijn omdat je het spannend vindt om je gevoelens te delen. Zolang het de ik-boodschap blijft (ik voel me…) en niet de jij-bak (jij doet…) kun je prima je gevoelens delen. Dan kan de ander er voor je zijn en hoeft zich niet persoonlijk aangevallen te voelen.